Dat de oorlog tussen Oekraïne en Rusland een impact heeft op onze samenleving, is bij niemand onopgemerkt gebleven. De energie en grondstofprijzen zijn uitzonderlijk gestegen, met daaruit voortvloeiend de inflatie. Tot diep in de nacht voor Prinsjesdag heeft het kabinet gewerkt aan maatregelen om deze gevolgen zoveel mogelijk te verzachten. Maar de westerse wereld, met name Europa, heeft sinds de Tweede Wereldoorlog een dreiging zoals deze niet meegemaakt. Onze samenleving, waaronder politici en beleidsmakers, zijn daardoor het zicht op een passend beleid voor een oorlogseconomie wellicht wat verloren.
Martin Wolf, Chief Economics Commentator van de Financial Times, hield op zaterdag 3 september een vurig betoog tijdens het FT Weekend Festival in Londen. De kern van zijn betoog: de westerse samenlevingen worden geconfronteerd met de effecten van een oorlogseconomie en niet met die van een gewone economische recessie. De maatregelen moeten daarom aangepast worden aan de economie waar we ons nu in bevinden. In zijn visie is er geen sprake van een gewone economische recessie omdat de arbeidsmarkt nog steeds krap is met lage werkeloosheidscijfers, de inflatie en rente voor de oorlog nog immer laag waren en de wereldwijde logistieke systemen nog niet bekomen waren van de covid pandemie. Kortom, geen kenmerken van een gewone economische recessie.
De prijzen van energie en andere grondstoffen zullen uiteindelijk weer terugkeren tot ‘normale’ niveaus. Goldman Sachs heeft recent de verwachting gepubliceerd dat de gasprijzen deze winter al zullen halveren. Sommige essentiële grondstoffen die voornamelijk in Rusland, China en India gedolven en geraffineerd worden, zullen als gevolg van de oorlog wellicht nog langere tijd schaars en dus duur blijven. Voorbeelden hiervan zijn Palladium, essentieel voor chips productie en Neon, essentieel voor lasersystemen.
Het lijkt erop dat, wellicht wat traag, westerse regeringen passende maatregelen treffen of zullen gaan treffen bij deze oorlogseconomie. Zo kunnen huishoudens, MKB-ondernemers en grote ondernemingen min of meer ongeschonden door deze oorlog komen.
Nu komt de grootste uitdaging voor ondernemers: laveren tussen het aanpassen van de kostenniveaus aan een verminderde vraag, terwijl ondertussen geïnvesteerd wordt in mensen en middelen om succesvol te reageren als de vraag weer aantrekt. De arbeidsmarkt is krap en zal dat blijven, zeker als de oorlogseconomie achter ons ligt. Beschikbaarheid van middelen wordt er na de oorlog niet direct beter op. Kapitaal is door de stijgende rente duurder geworden. Verwacht wordt dat de rente weer naar een normaal niveau van 2 tot 2,5% zal dalen na de oorlog.
Ondernemingen die zich verstandig door deze oorlogseconomie heen sturen en deze periode aangrijpen om zich voor te bereiden op een aantrekkende economie na de oorlog, zullen hun marktpositie stevig kunnen versterken. Nu is de tijd aangebroken om te investeren in de beste mensen en beste middelen, vooral in een sterk leidinggevend team. Als de oorlog achter ons ligt zal dat veel moeilijker zijn.
Onderstaand drie artikelen van de eerdergenoemde Martin Wolf over dit onderwerp. Deze artikelen zitten achter de pay-wall van de FT, maar toch stuur ik de links hierbij.
Weet je welkom om met de kansen die in het vooruitzicht liggen, met elkaar te praten over je team, vooral de sleutelspelers. Want een onderneming valt of staat met een sterk leidinggevend team.
Hartelijks,
Aege
留言