Menig bedrijf, in handen van een familie, buigt zich over het vraagstuk van opvolging. Niet alleen in Nederland is deze kwestie steeds urgenter. In de VS bijvoorbeeld wordt 23% van de bedrijven geleid door directeur-grootaandeelhouders (dga's) ouder dan 65 jaar. In Duitsland wordt ruim een derde van de ondernemingen gerund door dga's van 60 jaar of ouder; dat is drie keer zoveel als twee decennia geleden. En slechts één op de tien is jonger dan 40 jaar. In Japan zullen volgend jaar zo'n 2,5 miljoen kleine en middelgrote ondernemingen geleid worden door dga's ouder dan zelfs 70 jaar.
In de VS is halverwege de jaren '80 een variant van private-equityfirma's opgekomen, de searchfunds.
MBA'ers met geld van derden nemen kleine of middelgrote ondernemingen over van dga's met een opvolgingsvraagstuk. En niet zelden maken ze er succesvolle ondernemingen van. The Economist publiceerde begin dit jaar een interessant artikel hierover met de titel "How to succeed with no successor."
Maar er is ook een aantrekkelijk alternatief voor de verkoop van het familiebedrijf denkbaar.
In mijn praktijk zie ik goede voorbeelden van families die de leiding - dus niet het eigendom - van de onderneming succesvol aan buitenstaanders overdragen. De leiding in de zin van zowel bestuur, STAK, RvC en directie. Daarmee houden ze het beheer van het vermogen in de familie. Tegelijkertijd nemen ze uitstekende mensen aan boord om de toekomst van de onderneming voor komende generaties in goede handen te houden.
Al was het maar omdat lang niet vaststaat dat het door verkoop vrijgekomen vermogen elders goed of beter rendeert. Zeker niet elke familie kopieert zo gemakkelijk het succes dat bijvoorbeeld de familie Van der Vorm met HAL heeft gerealiseerd.
Weet je welkom om van gedachten te wisselen over opvolging binnen het familiebedrijf. Over hoe zo'n governance ingericht kan worden, wat de rol van het familiestatuut kan zijn en hoe geschikte kandidaten gevonden en benoemd kunnen worden in de verschillende rollen.
Warme groet,
Aege
Comments